Zaterdag 3 november 2018
Vandaag had ik een heel simpel, duidelijk doel voor ogen. Een dagje op- en neer reizen vanuit Breda naar de Eemshaven om de Bonte Tapuit die daar al zeker twee dagen zit te twitchen. Bonte Tapuit is nog altijd een nieuwe soort voor mij, ondanks dat er al aardig wat kansen zijn geweest om deze soort te zien. Inmiddels is deze soort bij mij ontpopt tot een ‘schaamsoortje’. Een term uit het vogelaarsjargon dat staat voor een soort die je eigenlijk al ‘makkelijk’ had kunnen hebben en ook door al veel andere vogelaars is gezien. Toch heeft de soort mij altijd weten te ontlopen, of net andersom. Iedere vogelaar zal dat gevoel vast wel bij één meerdere soorten herkennen.
Enfin, vandaag (3 nov) zal die er vast nog zitten was mijn vermoeden, en dat vermoeden bleek inderdaad juist. Echter, de ontdekking van een fraai mannetje Spaanse Mus op de Maasvlakte gooit in één keer de hele dagplanning op de schop. Deze soort is toch net ietsje zeldzamer dan zo’n Bonte Tapuit en staat ook al lang op mijn verlanglijstje. Ik hoef dan ook niet lang te denken en geef de Spaanse Mus prioriteit. Qua afstand is het overigens een stuk aangenamer, Maasvlakte is relatief dichtbij Breda en nog best te doen met het OV.

13:00 arriveer ik uiteindelijk met behulp van bus, trein, tram, metro bij de plaatselijke fietsverhuurder in Oostvoorne. Na een kort praatje met beide eigenaars, die vaker vogelaars op bezoek krijgen, vertrek ik snel richting de Maasvlakte. Via het Oostvoornse Meer kom ik al gauw uit bij de soms eindeloos lijkende Maasvlakteweg. Toch koester ik fijne herinneringen aan deze lange weg (Izabeltapuit, Provencaalse Grasmus, Bergheggenmus, Kleine Sprinkhaanzanger). Onderweg honderden Kneuen en veel Buizerds, waarvan een behoorlijk wit exemplaar toch behoorlijk opvalt.

Na 18 snelle kilometers fietsen arriveer ik enigszins bezweet op de plek waar een kleine 20 vogelaars staan. Ik plof mijn fiets neer en loop gauw richting de meute. Met het blote oog zie ik al een kleine vogel zitten op de rand van een gebouwtje, kan niet missen. Een blik door de verrekijker geeft dan weer dat fijne gevoel van euforie en opluchting. Gelukkig was de Spaanse Mus mooi honkvast op zijn stekje gebleven. De vogel zit mooi dichtbij en vliegt af en toe naar de grond om te foerageren waarna het beestje weer op het gebouwtje gaat zitten. Soms vliegt de vogel een hek op en is dan nog van dichterbij te bekijken, wat een heerlijke twitch.

Een kwartier na mijn aankomst gebeurt dan toch datgene waar ik af en toe onderweg al enigszins bang voor was. De vogel vliegt op, maakt een kort rondje, komt terug, gaat een paar tellen zitten, vliegt vervolgens hoog op en verdwijnt als een stipje in zuidoostelijke richting om de rest van de dag niet meer te worden gezien. Geen flauw idee of de vogel doorgevlogen is of toch weer ergens is geland. Op de Maasvlakte liggen genoeg geschikte veldjes waar een Spaanse Mus in alle rust in de dekking kan foerageren. Dat was een gevalletje close call!
Dan denk je toch achteraf bij jezelf; maar goed dat ik toch een halfuur eerder ben vertrokken van huis, maar goed dat ik niet te lang heb staan praten met de fietsverhuurders, maar goed dat ik niet ben gestopt voor die mooie witte Buizerd onderweg, gelukkig kon ik die verleiding weerstaan, kwestie van prioriteiten stellen denk ik. Er had onderweg zoveel mis kunnen gaan, een kwartier vertraging onderweg en de twitch was mislukt en dan was het een zure dip geworden. Je weet van tevoren dat je geen garantie heb, maar vandaag uiteindelijk wel. Spaanse Mus is binnen, een hele fijne inhaler en bovenal een prachtige vogel.
Spaanse Mus betreft (indien CDNA aanvaard) mijn 10e nieuwe soort voor dit jaar (Sporenkievit meegerekend) en de 5e dit najaar. Het najaar, dat vrij rustig leek te verlopen wordt steeds leuker en spannender. Deze Spaanse Mus betreft het 8e geval voor Nederland. Vooral de mannetjes zijn onmiskenbaar met o.a. zwart gestreepte onderdelen. De vrouwtjes van deze soort zijn lastig te onderscheiden van onze Huismus. Ondanks zijn naam broedt de soort maar in een klein deel van Spanje, broedt verder o.a. ook in Noord-Afrika en Zuidoost-Europa.
Naast de Spaanse Mus was het vandaag ook genieten van twee Sneeuwgorzen langs de Maasvlakteweg, een Grote Jager over zee en leuke soorten in het Oostvoornse Meer zoals Roodhalsfuut, IJsvogel, Kleine Zilverreiger, Cetti’s Zanger, Waterral, Middelste Zaagbek, Dodaars en tot slot een overvliegende Gierzwaluw spec., mogelijk een Vale Gierzwaluw. Maar dat zullen we nooit weten, typisch gevalletje jammer maar helaas. Maar mij hoor je dit najaar niet meer klagen. En die Bonte Tapuit komt vanzelf.
