Intro
In deze blog zet ik de geliefde, kleurrijke en veelzijdige dagvlinders in het zonnetje. Ik ga kort in op wat algemene informatie over vlinders zoals ecologie en vliegtijden. Ten slotte blik ik door middel van zelfgemaakte plaatjes terug op de soorten die ik het afgelopen voorjaar heb waargenomen.
De lente is voorbij, de zomer doet zijn intrede
Alweer bijna juli, de langste dag van het jaar ligt achter ons en we zitten bijna op de helft van 2017. De zomer is aangebroken. De heerlijke lente is aan haar einde gekomen en dat is ook duidelijk te merken in de natuur. Veel vogels worden zwijgzamer wat betreft zang en vele soorten hebben al gebroed. Naarmate het voorjaar vordert is het een kwestie van tijd, maar nu we ver in juni zitten vliegen er vele soorten libellen. Sommige planten, zoals Pinksterbloem, zijn uitgebloeid. Andere soorten staan pas recent in bloei of moeten nog gaan bloeien.

Ook wat betreft de activiteit en soortensamenstelling van dagvlinders valt het een en ander op, althans, als je er op gaat letten en je gaat verdiepen in de fascinerende en mysterieuze wereld van vlinders.
Geliefd, geheimzinnig en overal te zien
Vlinders zijn eigenlijk bij iedereen geliefd. De prachtige kleuren, vormen en romantische en geheimzinnige levenswijze spreekt velen tot de verbeelding. Vlinders brengen eigenlijk een stukje vreugde en geluk. Leuk is ook dat vlinders overal kunnen worden waargenomen. In tuinen, parken, bossen, heidevelden, duinen, uiterwaarden en zelfs ver op zee. ’s Winters kun je in huis zelfs overwinterende vlinders tegenkomen.
Algemene soorten zoals Koolwitjes en Dagpauwoog kunnen in heel Nederland worden waargenomen. In natuurgebieden zoals vochtige heidevelden en hoogveengebieden vindt je meer kieskeurige soorten zoals Heivlinder, Heideblauwtje en het zeer zeldzame Veenhooibeestje. In sommige bosgebieden op de Veluwe vliegt de zeldzame Bosparelmoervlinder. Bloemrijke bermen, graslanden en bosranden vormen een belangrijke voedselbron voor veel vlinders. Het is dan ook van belang dat deze leefgebieden met voorzichtigheid beheerd worden en gekoesterd worden.


Vlinders, vliegtijden en generaties
In maart/mei zagen we overal Citroenvlinders in grote getale vliegen, nu zijn het er even minder, maar straks in juli weer meer. Dit heeft te maken met de levenscyclus van de soort. De Citroenvlinder vliegt namelijk in twee generaties, de lentegeneratie en de zomergeneratie. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld het Landkaartje en het Klein Koolwitje.
Bij de Kleine Vos is het weer een iets ander verhaal. Deze soort overwintert als imago (volwassen vlinder) bij ons en vliegt redelijk veel in maart/april, maar dan opeens niet meer. Het is dan ook niet gek als vraagtekens in je opkomen. “Is de soort nou plots sterk aan het achteruit gaan of zelfs aan het verdwijnen?”. Maar dan in juni zie je ze weer vaker als je er een beetje op gaat letten. Dat komt omdat de soort vanaf dan zijn gedaanteverwisseling heeft voltooid en de imago’s uit hun pop komen. Ditzelfde verhaal geldt voor andere bekende en algemene soorten zoals Dagpauwoog en Gehakkelde Aurelia. Iedere soort heeft als volwassen vlinder een bepaalde vliegtijd waarin het actief is.

Weer
Soms kunnen geringe aantallen vlinders gewijd worden aan het weer. In een nat- en koud voorjaar of zomer worden er veel minder vlinders waargenomen dan in lentes met meer zonuren. Als het opvallend is dat er in een bepaald jaar, of in bepaalde periodes van het jaar minder vlinders vliegen betekent dit lang niet altijd dat het per se slecht met soorten gaat. Het is goed om het vanuit breed perspectief te bekijken. Houd ook rekening met pieken, korte periodes waarin een soort een verhoogde activiteit heeft, en dus meer wordt waargenomen. Zo kan de Citroenvlinder een piek vertonen tijdens de eerste 2 weken van april.
Trekvlinders
En dan zijn er nog trekvlinders. Het betreft soorten die vanuit Zuid-Europa richting het noorden trekken. De Atalanta is het bekendste voorbeeld, deze onmiskenbare vlinder kan in goede trekjaren overal worden gezien en ook als imago bij ons overwinteren in zachtere winters. Andere trekvlinders die in goede trekjaren massaal worden waargenomen bij ons zijn de Distelvlinder en Oranje Luzernevlinder. In minder goede trekjaren kunnen ze niet of nauwelijks aanwezig zijn.

Waarnemingenoverzicht voorjaar 2017 (maart/juni)
Hieronder volgt een opsomming van algemene tot vrij algemene soorten die ik het afgelopen voorjaar zag. 22 soorten dagvlinders zag ik dit voorjaar. De meeste soorten lieten zich goed fotograferen. Soorten die ik vrij veel heb gezien maar zich niet lieten fotograferen betroffen Groot Koolwitje, Klein Koolwitje, Klein Geaderd Witje, Groentje en Icarusblauwtje. Overige soorten waarvan ik er slechts enkele zag en ook niet fotogeniek waren betroffen Hooibeestje, Bruin Blauwtje en de zeldzame Bosparelmoervlinder.
Op chronologische volgorde per maand, volgen hieronder foto’s van de soorten die zich het mooist lieten bekijken en fotograferen. Bij de foto vermeld ik de datum waarop ik de desbetreffende soort het eerst zag.
Januari: Dagpauwoog
Januari is niet bepaald een maand die je snel associeert met vlinders. Toch kun je ’s winters enkele soorten tegen het lijf lopen die in huis overwinteren, zoals Dagpauwoog. Gedurende het voorjaar zag ik deze soort vrij vaak.

Maart: Kleine Vos, Citroenvlinder, Gehakkelde Aurelia, Boomblauwtje en Atalanta
In maart begint de lente flink op gang te komen en dat is snel te merken aan de vlinders. De soort die ik vaak als eerst zie in het voorjaar is de Citroenvlinder. Dit jaar was de Kleine Vos ‘m net voor.





April: Bont Zandoogje, Oranjetipje en Kleine Vuurvlinder
In april kan de soortenlijst aan voorjaarsvlinders weer met enkele soorten aangevuld worden. Opvallend vroeg dit jaar was het Oranjetipje. Normaal zie ik soort zo rond 20 april, dit jaar al op 3 april.



Mei: Landkaartje
Ondanks oplettendheid lukte het maar niet om in april een Landkaartje te zien. Pas op 11 mei zag ik het eerste Landkaartje, relatief laat t.o.v. andere jaren. Mogelijk als gevolg van een frisse en regenachtige aprilmaand.

Juni: Bruine Vuurvlinder, Groot Dikkopje, Bruin Zandoogje en Eikenpage
In juni zijn de Oranjetipjes weer verleden tijd. Zo rond half juni vliegen de Bruin Zandoogjes weer massaal en dat was dit jaar niet anders.




Het is ieder voorjaar weer fijn om uit te kijken naar vlinders en de datum waarop je weer voor het eerst die ene soort actief ziet rondfladderen. Een stukje genoegdoening en geluk, ik kan het niet anders omschrijven. Heb ze lief, vlinders, ze zijn een goede indicatie voor een gezonde leefomgeving met een hoge biodiversiteit.
In een volgende blog ga ik een zeldzame vlinder, de Bosparelmoervlinder in het zonnetje zetten. Hierin vertel ik ook waarom sommige vlinders achteruitgaan of zelfs geheel verdwijnen als bepaalde plantensoorten verdwijnen (Bijvoorbeeld als gevolg van stikstofdepositie) in een bepaald gebied.