Tropische zonaanbidders en weelderige bosflora: Bezoek aan natuurgebied De Doort

  • Deel I: Geen Oranjetipjes, wel weelderige bosflora

De dag van woensdag 16 april beloofde een prachtige voorjaarsdag te worden, en gelukkig had het KNMI gelijk. Je zou kunnen zeggen dat we eraan toe waren, na een dipje met veel harde wind en regen. Voor mij was deze voorspelling een goede reden om weer eens een kijkje te nemen in Limburg. Over naar welk gebied ik zou gaan hoefde ik niet lang te brainstormen.

Mijn keuze stond eigenlijk al een tijdje vast met het idee van: “Zodra het op een doordeweekse dag lekker zonnig is, en ik heb geen verplichtingen, ga ik daar naartoe”. Waar is daar? Zou je terecht als lezer kunnen afvragen. Ik heb het over De Doort, een natuurgebied in Midden-Limburg bij het plaatsje Echt. Nico Schavemaker vergezelde me deze dag, hem wist ik over te halen door een aantal leuke soorten op te noemen die leven in dit fraaie natuurgebied. Voor mezelf zou het de tweede keer zijn dat ik een kijkje neem in dit gebied, na er in 2008 een keer geweest te zijn.

En zo vertrekken we om ongeveer 09:40 vanuit Utrecht richting het zuiden. Zo’n twee uur later arriveer we op station Echt. Vanaf hier is het ongeveer drie kilometer lopen. Al snel blijkt maar weer dat er onderweg naar de bestemming ook veel te horen en te zien is. Scherp als Nico is merkt hij een Koninginnenpage op, die al snel doortrekt richting zuidwest. Hij weet mij nog net op tijd te alarmeren waardoor ook ik nog snel kan genieten van deze toch niet-alledaagse vlindersoort, die over het algemeen het meest wordt gesignaleerd in de zuidelijke provincies. Even later worden we uitgelachen door een Groene Specht, en zien we nog meer vlindersoorten zoals Kleine Vos, Klein Koolwitje en Bont Zandoogje.

Enigszins opgewonden raak ik als ik de ingang van De Doort zie een honderd meter verderop. Als we het pad inlopen dat ons leidt naar het natuurgebied zie ik een bloemrijk graslandje waar Pinksterbloem zeer dominant aanwezig is. Pinksterbloemen associeer ik altijd automatisch met het Oranjetipje (Pinksterbloem is waard- en nectarplant van het Oranjetipje). Het Oranjetipje vliegt dikwijls in de maanden april en mei, en het toeval wilde dat ik tot op heden in 2014 nog steeds geen Oranjetipje had gezien. In eerdere jaren al wel voor 16 april. De teleurstelling is dan ook groot als blijkt dat in dit graslandje geen Oranjetipje te bekennen is, vreemd genoeg.

Als we dan eindelijk het langgerekte bosgedeelte van De Doort betreden, is het Oranjetipje gelijk vergeten vanwege de schitterende plantengroei- en bloei. De Doort is een vrij oud bos, gelegen op een kalkrijke bodem, dat beloofd dus nog wat. Dit soort bossen staan garant voor leuke, schaarse tot zeldzame plantensoorten. Een snelle blik over de begroeide bosbodem toont typische soorten die hier zijn te verwachten: Bosanemoon, Grote Muur, Daslook, Witte Klaverzuring komen in overvloed voor. Sporadisch staat nog meer moois in de vorm van Gulden Sleutelbloem, Gevlekte Aronskelk, Boszegge, Kruipend Zenegroen en Gele Dovenetel. Onder- en rondom dood hout vinden we Bruine Kikker en Gewone Pad. Op door de zon beschenen open plekken fladdert Bont Zandoogje. En niet te vergeten zingen en roepen er veel vogels in het bos. Wederom Groene Specht, maar ook Boomklever, Zwartkop, Boomkruiper, Tjiftjaf en Putter geven blijk van hun aanwezigheid.

  • Deel II: Tropische zonaanbidders tussen braamstruweel, en nog meer vlinders

Uiteindelijk laten we het dichte bos achter ons, en komen we terecht in een ander terreintype. Een terreintype dat  zich kenmerkt door ruigte bestaand uit braamstruweel, vlier, brandnetels en voor de rest bloemrijke graslandjes met her en der een poel. Het braamstruweel is de voornaamste reden dat ik al een tijdje van plan ben om naar dit natuurreservaat toe te gaan. Of eigenlijk meer de diersoort die zich ophoud in het braamstruweel, en gebruik maakt van de poelen die speciaal voor deze soort zijn aangelegd. De Boomkikker, die in De Doort misschien wel zijn grootste populatie heeft in Nederland. Deze gifgroene kikker dankt zijn naam aan het feit dat hij soms in bomen klautert. Echter, meestal houden Boomkikkers zich gedurende de dag op in struweel om een uitgebreid zonnebad te nemen, zoals Braam en Riet. Vooral Braam lijkt de voorkeur te hebben.

Ik en Nico beginnen al snel met het afzoeken van braambladeren. Toch enigszins verrast, zie ik tot mijn geluk al na een minuut een juveniele Boomkikker zitten. Ik roep Nico en hij ziet het kleine beestje ook zitten, na enkele aanwijzingen. “Dat kan maar één ding betekenen”, zeg ik tegen Nico. “Als er één Boomkikker is, zijn er altijd meerdere in de buurt”. En al snel zien we nog één, en nog één, beide ook juveniel met een grootte van twee tot drie cm. Wat verder het braamstruweel in zie ik een vierde exemplaar zitten met gelijk daaronder een vijfde exemplaar. Dit vijfde exemplaar betreft de enige adulte Boomkikker die we vandaag gaan zien, en is opvallend groter met een grootte van dik vijf cm. Het leuke van Boomkikkers zoeken is dat zodra je er één ziet, opeens meerdere ziet zitten. De Boomkikkers trekken zich niks van ons aan, vertrouwen op hun schutkleur,  en genieten volop van de zon. Zelfs wanneer ik met mijn wijsvinger een exemplaar op een haar na niet aanraak, blijft het gewoon zitten. De Boomkikkers laten zich uitvoerig bekijken en fotograferen. Blij ben ik, want ik had de Boomkikker nog nooit op de gevoelige plaat vastgelegd. Mijn eerste Boomkikker zag ik ook in De Doort, maar zat erg diep in struweel, zodat ik er niet goed bij kon zonder het dier te verstoren. In 2010 zag ik wederom Boomkikkers, ditmaal in Twente, en was de accu van mijn telefoon leeg, dus het was me niet gegund leek het. Tot vandaag dan, het resultaat mag er best zijn.

Boomkikker, De Doort
Boomkikker, De Doort
Boomkikker, De Doort
Boomkikker, De Doort

Na volop te hebben genoten van deze prachtige amfibieën, lopen we verder. Terwijl ik nog in de trance ben van de Boomkikkers, is Nico wederom scherp op vlinders, en ontdekt meerdere Oranjetipjes om ons heen, nog meer vreugde is het gevolg. Ook hoor ik mijn eerste Grasmus en Tuinfluiter voor 2014 zingen. Het grasland waar we ons nu bevinden zit vol met Pinksterbloemen. Weer even verderop komen we aan bij een aantal kleine poeltjes. Het water in deze poeltjes is zeer helder, wat me op het idee brengt om te zoeken naar de Kamsalamander, die zich hier ook weet te handhaven. Geen salamander te bekennen, wel veel Bastaardkikkers (Groene Kikkers) en de eerste Vuurjuffers voor 2014. Bovendien treffen we nog een paar Boomkikkertjes aan tussen de bramen rondom de poelen. Een Blauwe Reiger, Waterhoen, Rietgors en een span Grote Canadese Ganzen blijft op gepaste afstand. Ook noemenswaardig zijn de eerste Landkaartjes voor 2014.

Poel waar o.a. Boomkikker, Bastaardkikker en Kamsalamander zich voortplanten
Poel waar o.a. Boomkikker, Bastaardkikker en Kamsalamander zich voortplanten

Een groot aandeel leuke waarnemingen verder nemen we pauze en genieten we van de zon, alvorens we weer vertrekken naar station Echt. Een zeer succesvolle dag met al en al, en een gebied waar ik vroeg of laat weer een keer terugkom, zoals bij veel natuurgebieden in Limburg het geval is.

 


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Blog op WordPress.com.

%d bloggers liken dit: