Zaterdag 1 oktober stond in de planning om een dagje naar Texel te gaan met mijn medevogelaar Folkert Jan Hoogstra. Het liep echter anders. Op de snelweg t.h.v. Sneek kregen we rond 07:30 panne. De ‘Skoda’ had er geen zin meer in. Dat was even balen, maar we bleven positief aangezien het zonnetje scheen. Zoekend naar een autogarage merken we overvliegende Graspiepers- en Witte Kwikstaarten op. Erg leuk wordt het wanneer de trek alsmaar heftiger wordt en er luid roepend een Duinpieper voorbij komt. Andere soorten die volgen zijn: Vink, Witgat, Barmsijs, Groenling, Putter, veel Zanglijsters- en Heggenmussen en een Boompieper. Verderop zingt een Zwarte Roodstaart. Nadat de accu van de auto is opgeladen keren we om richting Drachten waar de auto opnieuw tot stilstand komt. Met de achterliggende gedachte “morgen is weer een dag” hopen we dat de auto deze zelfde dag nog gerepareerd kan worden. Dit gebeurt en uiteindelijk bleek er iets mis te zijn met de dynamo van de accu, een klein maar lastig probleempje. ’s Avonds belt Folkert Jan me op om te vragen of ik de zondag nog mee wou naar Texel, of Vlieland. Het werd toch weer Vlieland, aangezien daar wat leuke vogelsoorten zaten.
De volgende dag vertrekken we mooi op tijd naar Harlingen alvorens de plasjes ten zuiden gelegen van Harlingen even af te chekken. Dit levert het volgende op: Krombekstrandloper, Kleine Strandloper, Groenpootruiter, Watersnip, Veldleeuwerik, Tapuit, Zwarte Ruiter– en Grote Zilverreiger. Éénmaal aangekomen bij de Rederij Doeksen is het een drukte van jewelste. Vele mensen staan al springend in de rij om tickets eigenhandig te maken. Niet zo gek natuurlijk, maar een temperatuur van 25 gr. zo begin oktober. Wat scheelt is dat we de sneldienst hebben wat betekent dat we snel op het eiland zullen zijn. Aan de andere kant kun je nu niet vanaf de boot vogelen.
Als we zijn aangekomen halen we onze door Rederij Doeksen beloofte huurfietsen op, en vertrekken richting het Vuurboetsduin. Hier zijn we eerste gaan vogelen, aangezien hier veel zangertjes- en lijsters zaten, net als 2 weken terug. De eerste Koperwieken– en Kramsvogels laten zich horen- en zien. Ook Keep, Goudhaan, Boomkruiper, Grote Bonte Specht– en Kneu zijn present. na deze ‘inkoppertjes’ vogelen we verder in het deelgebieden ‘Vallei van het veen”. Dit is een uitgestrekt duin- en heidegebied bestaand uit wilgen, dennen- en abelenbosjes. Al gauw zien we 3 Roodborsttapuiten in toppen van dennetjes zitten. Verder zoals elders op het eiland veel Zanglijsters, Graspiepers- en een enkele Koperwiek. Een aangename verrassing is een Klapekster welke ver weg zit in een dennetje.
Hierna besluiten we Lange Paal uit te kammen, een natuurcamping van Staatsbosbeheer met een leuk bos en verspreidde singels- en kleine bosjes. Hier was 1 oktober een Struikrietzanger gemeld, waar we naar gingen zoeken. Echter, een lange zoektocht leverde geen Struikrietzanger op. Wel weer ander leuks zoals Keep, Sijsjes, Goudhaan, Vuurgoudhaan, Barmsijsjes, Koperwiek, Groenling- en een Grote Lijster. Onderweg naar de Lange Paal zien we nog een fraaie adult man Zandhagedis die zich lekker an het opwarmen is op het warmte van het asfalt. Ook een aantal andere vogelaars hebben zonder resultaat gezocht naar de Struikrietzanger. Na een intensieve zoektocht besluiten we even de Noordzee op te zoeken. T.h.v. paal 47 laat een Jan-van-gent zich zeer dichtbij bekijken, wat toch wel uniek is. Folkert Jan schiet een aantal leuke plaatjes, alvorens de vogel, die gepest wordt door meeuwen, besluit dat het welletjes is geweest en de vleugels neemt.
Na de Lange Paal stelt Folkert Jan voor om de Oude Eendenkooi te bezoeken, maar eerst besluiten we naar de duinvallei gelegen naast de Nieuwe Eendenkooi te gaan. Hier fotografeert Folkert Jan een gors, die gedetermineerd wordt als eerste winter/vrouw Rietgors. Terwijl Folkert Jan en ik ons verspreidden door de vallei komt Folkert Jan even later met een andere vogelaar terug, en wel met leuk nieuws. Namelijk heeft deze vogelaar (naam onbekend?) zojuist telefonisch te horen gekregen dat er even ten noorden van camping Lange Paal een Kleine Vliegenvanger is gevonden. Zowel voor mij als voor Folkert Jan een nieuwe soort! Dat wordt dus snel op de fiets springen en rijden maar! Als we onderweg naar de Kleine Vliegenvanger nog mensen zien zoeken naar de Struikrietzanger op Lange Paal, besluiten we even gauw verhaal te halen -je weet immers maar nooit-, maar helaas, de vogel lijkt gevlogen, jammer maar helaas. Vergezeld met 3 nieuwe vogelaars fietsen we vol goede moed naar de plek waar de Kleine Vliegenvanger is gesignaleerd. Eenmaal aangekomen zien we al een paar vogelaars stil zitten, wachtend op wat komen gaat. Het is overigens een mooi plekje waar ik één keer eerder geweest ben; namelijk een duinkommetje op de ‘Cranberryvlakte’. Dit duinkommetje is ongeveer voor de helft omringd met dennen, met middein evenals dennetjes maar ook wilg. Gauw vergezellen we onze medevogelaars en al gauw vangen we een glimp op van waarschijnlijk de Kleine Vliegenvanger. Maar het is een lastig beestje die zich maar moeilijk goed laat bekijken. Op ene gegeven moment zit de vogel even vrij op de tak van een den. Nu is gemakkelijk vast te stellen dat het inderdaad om een Kleine Vliegenvanger gaat. Even later verplaatsen we ons een stukje in de hoop de vogel mooier te zien te krijgen. Dit lukt als even later fantastisch in een wilgenstruikje is te volgen. Af en toe is de vogel geheel te zien, dan is ie weer weg. Weer zo’n mooi moment waarbij iedereen muisstil is, en zo’n klein vogeltje iedereen in verwondering achter zich laat.
Na deze leuke nieuwe soort (overigens mijn 340e vogelsoort in NL), besluit ik met Folkert Jan richting camping Stortemelk te fietsen, met de hoop om een Sperwergrasmus te vinden. Eerst besluiten we nog in het bos rondom Oost-Vlieland wat te vogelen, maar hier treffen wel alleen veel Vink- en lijsterachtigen, waar het hele eiland zo’n beetje wel mee vol zit. Op camping Stortemelk treffen nog veel groepen Kneuen. In de Oostervallei zoeken we nog verder maar geen Sperwergrasmus. Nog wel een vrouwtje Roodborsttapuit en een schitterende Velduil die even dichtbij langs vliegt, alvorens achter het duin uit zicht te verdwijnen. Als laatste pitstop kammen we nog even de Noordoosthoek uit. Dit levert wederom veel Graspiepers, Zanglijsters, Koperwieken, Kneuen, Groenlingen- en Vinken op. Wel spectaculair om zo de vogeltrek te bekijken. Her en der roept een Heggenmus. We treffen nog 3 onverwachte soorten op; Bonte Vliegenvanger, Gele Kwikstaart– en Zwartkop.
Vlieland zat vol met doortrekkers en het was weer een leuke dag op Vlie met een nieuwe soort in de pocket, ondanks de toch iets te warme temperaturen. Je fietst zo ook wat af op Vlieland; duin op, duin af. Inmiddels ken ik bijna het hele eiland dan ook als mijn broekzak.