Intro

Begin dit jaar had ik mezelf voorgenomen een BioBlitz te doen in Beetsterzwaag en omgeving. De eerste doelstelling was om minstens 1000 soorten waar te nemen in 2024, alle soortgroepen meegerekend. Van vogels tot vlinders, van planten tot mossen, van vleermuizen tot kevers. Eind mei bleek dat ik de lat vrij laag had gelegd, er was meer mogelijk. Het doel van minstens 1000 soorten werd verdubbeld naar minstens 2000 soorten. Terwijl ik dit schrijf ben ik de 1400 soorten gepasseerd. Voor een overzicht zie: 2000 soortenjaar Beetsterzwaag

Huidige stand van zaken

Afgelopen voorjaar, tussen al het werk door, stond de bioblitz niet stil. Integendeel, toen ik de 1000 soorten gepasseerde raakte ik nog meer gemotiveerd om mijn omgeving uit te kammen op soorten. De planten staan inmiddels aan kop met meer dan 430 soorten. Hieronder een samenvatting van een aantal soortgroepen.

Planten

Ik mis nog een handjevol min of meer algemene plantensoorten, zoals Rode Schijnspurrie, Kaal Knopkruid en Tongvaren. Maar ik ik wist ook enkele leuke soorten te vinden, ook soorten die vrij zeldzaam zijn. Brede Wespenorchis, Stijf Havikskruid, Stijve Ogentroost, Bruine Snavelbies, Witte Sanvelbies en Gewone Duivenkervel. Na lang zoeken wist ik ook eindelijk een populatie Muurvaren te ontdekken. De meeste plantenrondjes door Beetsterzwaag leverden tot dusver wel meerdere soorten op. Vooral de open plekken in de bossen, heidevegetaties, vennen en ruderale plekjes blijven interessant. Hieronder een slideshow van enkele soorten.

Nachtvlinders

De nachtvlinders zijn inmiddels ook goed vertegenwoordigd, met momenteel ca 175 soorten. Maar er valt nog genoeg te ontdekken wat betreft deze fascinerende nachtdiertjes. Er zijn zo´n 2400 soorten nachtvlinders in Nederland, en honderden zijn algemeen voorkomende soorten. De meeste nachtvlinders trof ik bij huis aan, ´s avonds en ´s nachts op licht. Maar ik ging ook regelmatig met de zaklamp ´s nachts op zoek. Of rondom buitenlampen op zoek. Dat leverde al een breed scala aan soorten op, waaronder Piramidevlinder, Schijnnonvlinder, Rozenblaadje, Dwergvedermot en Huismoeder. Ook trof ik overdag weleens nachtvlinders, zoals Waterleliemot, Gamma-uil en Geisha.

Dagvlinders

De dagvlinders bleven lange tijd achter, het voorjaar was vrij dramatisch. Slechts enkele algemene soorten deden het redelijk, zoals Atalanta en Citroenvlinder. Van de Kleine Vuurvlinder zag ik slechts 1 exemplaar. Van het Icarusblauwtje en Landkaartje zag ik geen enkel exemplaar. Hetzelfde geldt voor Kleine Vos, deze ooit algemene vlinder liet zich tot half juni niet zien in Beetsterzwaag. Wellicht het gevolg van een nat voorjaar in combinatie met andere bedreigingen, zoals stikstof, pesticiden en te rigoureus maaibeheer.

Kleine Vos

Gelukkig ging het vanaf de tweede helft van juni de betere kant op. De eerste Bruin Zandoogjes en Koevinkjes kwamen tevoorschijn, hoewel in kleinere aantallen dan ik ben gewend. Bont Zandoogje en Boomblauwtje vlogen beter en in juli zag ik zelfs een handjevol Landkaartjes in de tuin, nectar drinkend op Jakobskruiskruid. Er is nog hoop. Eind juni was het vrij warm en regende het tijdelijk minder, en dat bleef even zo. Dat resulteerde in de weken erna in duidelijk hogere aantallen vlinders. Atalanta, Dagpauwoog, Klein Koolwitje, Groot Koolwitje, Citroenvlinder en Bont Zandoogje deden het goed. Ook Gehakkelde Aurelia liet zich regelmatig zien.

Langzaam zag ik meer Kleine Vossen en uiteindelijk ook Icarusblauwtjes, een handjevol. Op nabijgelegen heideterreinen vlogen op enkele plekken honderden Heideblauwtjes en Oranje Zandoogjes deden het redelijk. Een vlindersoort van open plekken in bossen en bosranden die het goed deed, was het Groot Dikkopje. Van het Zwartsprietdikkopje zag ik tot dusver 1 exemplaar. Soorten zoals Groentje en Hooibeestje ontbreken nog, evenals Grote Vos en de in het noorden van het land nog altijd schaarse Koninginnenpage. Tot slot was Eikenpage een welkome verrassing en was Distelvlinder een regelmatig waargenomen soort.

Libellen

De libellen doen het tot dusver prima met inmiddels 34 soorten. Begin maart begon al goed met Bruine- en Noordse Winterjuffers, vanaf eind april doken steeds meer soorten op. Het meest algemeen waren Viervlek, Gewone Oeverlibel, Vroege Glazenmaker, Grote Roodoogjuffer en op sommige plekken vlogen honderden tot duizenden Azuurwaterjuffers. Gevlekte Witsnuitlibel laat een toename zien en ook Noordse Witsnuitlibel lijkt terug te zijn van weggeweest. Zwervende Pantserjuffer breidt zich uit in de omgeving en ook Zuidelijke Keizerlibel heeft Beetsterzwaag bereikt. Inmiddels vliegen de latere zomerlibellen ook, Blauwe Glazenmaker, Bruine Glazenmaker, Paardenbijter en verschillende heidelibellen. Misschien binnenkort Kempense Heidelibel? of Zuidelijke Glazenmaker?

Zweefvliegen

Met name in de tuin heb ik vaak gekeken naar vliegende insecten, waaronder zweefvliegen. Een leuke en veelzijdige soortgroep. Mooiste soorten tot dusver zijn Vliegende Speld, Citroenpendelvlieg, Gele Veenzweefvlieg, Witte Reus en Hommelreus. Deze soorten werden vooral waargenomen op bramen, Jakobskruiskruid, Knopig Helmkruid en Boerenwormkruid. Andere vliegen deden het ook goed, de vliegen en muggen zijn goed vertegenwoordigd in Beetsterzwaag. Natuurlijk is het slechts een fractie van wat er daadwerkelijk in Beetsterzwaag leeft. Lang niet alle soorten die ik zag wist ik op naam te brengen.

Vliegende Speld

Reptielen en amfibieën

Van de koudbloedige dieren mis ik alleen de algemene Kleine Watersalamander nog, hoewel Rugstreeppad ook nog een mogelijkheid is. De kwetsbare en vrij zeldzame Adder doet het dit jaar beter dan vorig jaar. Eind juli zag ik 2 exemplaren op een plek waar ik de soort in geen jaren had gezien. Ook Ringslang laat zich regelmatig zien en Levendbarende Hagedis doet het nog altijd goed in Beetsterzwaag. De Heikikker laat een afname zien.

2 zonnende Adders

Zoogdieren

Enkele rondjes lopen met de batdetector leverde enkele te verwachten vleermuissoorten op, zoals Laatvlieger, Rosse Vleermuis en Ruige Dwergvleermuis. Maar er zijn nog zeker een handjevol soorten mogelijk, waaronder Watervleermuis en Gewone Grootoorvleermuis. Andere zoogdieren die ik nog mis zijn o.a. Bunzing, Das, Boommarter en Rosse Woelmuis.

Haas


Plaats een reactie