Sneeuwgans, Kleine Topper en ander moois
9 februari 2025: Fietstocht
Op zondag 9 februari ben ik redelijk vroeg wakker. Vanuit bed hoor ik veel vogels roepen, er lijkt iets aan de hand te zijn, er is paniek. Normaal gesproken begint de dag met vogels die rustig aan het zingen zijn. De plaatselijke Koolmezen, Pimpelmezen, Spreeuwen, Boomklevers, Roodborst, Winterkoning etc., de standaard tuinvogels. Ook de eerste zingende Vink en Groenling kon ik afgelopen week alweer noteren. Maar vandaag begint de dag met paniek. Als ik voorzichtig de gordijnen open doe zie ik vogels alle kanten op vliegen. Huismussen hier, Huismussen daar, Merels druk alarmerend, een Pimpelmees die zich nog net niet te pletter vliegt tegen het raam. Kauwtjes die onrustig in de bomen fladderen. Al snel schiet een Sperwer over de plaatselijke voedertafel, waar alle dagen vogels in rust komen eten. De Sperwer gaat kortstondig in de plaatselijke berk zitten en vliegt weer door. Een bliksembezoek, dit keer komen de plaatselijke tuinvogels met de schrik vrij.
Geen pretje voor de tuinvogels, een Sperwer. De schrik van iedere voedertafel. Ik als vogelaar geniet ontzettend van het schouwspel zo in de achtertuin, met mijn nog ietwat slaperige kop. Ik zie de laatste tijd vaker een Sperwer in de tuin. Of beter gezegd, hoor een Sperwer in de tuin. Ik hoef maar te luisteren naar de alarmerende en fladderende vogels en ik weet dat de/een Sperwer in de buurt is. Ik heb de vogel tweemaal kort en mooi gezien, maar een foto maken van deze kleine roofvogel lukte nog niet. Vorig jaar zag ik een Sperwer mooi op het dak van een schuur zitten. Deze liet zich een minuut mooi bekijken, en deed vervolgens een onsuccesvolle poging een Spreeuw te slaan.

De jagende Sperwer is voor mij de aankondiging van wat een mooie vogeldag kan worden. Na het ontbijt pak ik de bus naar station Heerenveen. Hier huur ik een OV fiets en vervolgens fiets ik langzaam richting het Tjeukemeer. Ik hoop bij het Tjeukemeer een tweetal Sneeuwganzen te vinden tussen de vele Grauwe Ganzen, deze vogels worden al een tijdje regelmatig gemeld op min of meer dezelfde locatie. Een zeldzame soort, en een soort waar ik nog geen foto van heb. Daarnaast hoop ik ergens onderweg een Koereiger tegen te komen. Verder vooral lekker genieten. Via de dorpjes Rottum en Sintjohannesga beland ik in natuurreservaat het Oosterschar. Een mooi gebied waar ik vroeger vaak kwam toen ik nog in Joure woonde. Een laagveengebied met petgaten, plassen, moerasbos, broekbos, sloten en natte graslanden. Op vele honderden Grauwe Ganzen na, zit er vandaag vrij weinig wat betreft vogels. Een handvol Nonnetjes, een Witgat en een Havik zijn de hoogtepunten.

Vervolgens zoek ik de polders rondom het dorpje Rohel af, waar regelmatig 1 of meerdere Koereigers worden waargenomen. Ik zie een enkele Blauwe Reiger en overal waar ik kijk Grote Zilverreigers, maar geen ‘kleine witte reiger’. Dan maar snel richting de Sneeuwganzen, hopelijk zitten ze er nog. Vlak voor de locatie waar de vogels voor het laatst zijn gemeld zie ik al grote groepen ganzen, voornamelijk Kolganzen en Brandganzen. 2 witte Sneeuwganzen vallen wel op, zodat ik al na een minuut speuren kan concluderen dat de vogels hier niet tussen zitten. Even verderop zie ik een dijk, bij het dorpje Oldeouwer. Ik heb het vermoeden dat de Sneeuwganzen achter de dijk zitten, uit de noordoostelijke wind die inmiddels in kracht is toegenomen. Als ik op de dijk arriveer zie ik meteen 2 witte stipjes in de weilanden, het geluk is aan mijn zijde. Beide Sneeuwganzen zitten te slapen, met de kop in de veren, tussen de Grauwe Ganzen. Ik loop een stukje de dijk op en kan de vogels leuk bekijken. Op een gegeven moment vliegt een deel van de ganzen, inclusief de Sneeuwganzen, op door een Buizerd. Even later zitten de vogels er weer. Erg leuk om deze fraaie soort eens wat beter en langer te bekijken.

Langs het kanaal Scharsterrijn fiets ik via Scharsterbrug naar Joure. Even herinneringen ophalen, aangezien ik hier ben opgegroeid. Even stilstaan op plekken waar ik vroeger zo vaak kwam. In Scharsterbrug vermaak ik me met een tamme Grote Zilverreiger en Blauwe Reiger. Het valt me steeds weer op hoe klein sommige plekken zijn, en die in mijn beleving vroeger groter waren. Als kind beleef je de wereld toch anders. Daarnaast is het op veel plekken ingrijpend veranderd. En niet per se op een positieve manier. Ik mis op veel plekken groen en bomen. Met name in Joure, onder andere in de straat waar ik 18 jaar heb gewoond. Een straat waar ik nu voor geen goud zou willen wonen. Een en al steen en beton, keurige tuintjes met grindpaden. Enkele jonge sprietjes van bomen over de gehele straat. Het voelt armoedig en troosteloos. Ik prijs me rijk met de grote coniferenhaag in de steeg waar ik als jongetje vaak doorheen liep, genietend van het groen en de vogels en beestjes die zich erin verschansten.


Joure is niet een plek waar ik vrolijk van wordt, ondanks dat ik ook wel goeie herinneringen koester. Even verderop neem ik een kijkje bij de tennisbaan. Een plek waar ik vroeger vaak speelde met vrienden, omdat het altijd uitnodigde om hier te gaan spelen. Er stond altijd veel groen, klimbomen, sloten. Nu is er gelukkig nog steeds groen, en de plaatselijke sloot waar ik vroeger altijd met verwondering naar amfibieën keek is er ook nog. De wonderen zijn de wereld nog niet helemaal uit. De grote parkeerplaats bij het zwembad is me wel een doorn in het oog. Op deze plek stond vroeger ook veel groen. Coniferenhagen, bosschages, struiken, allemaal weg. En er komt niet of nauwelijks groen voor terug. Ik ben niet per se tegen een nieuwe en grotere parkeerplaats, maar het neemt in dit geval veel ruimte in op een plek waar al veel groen is verdwenen. Zoiets kan veel groener ingericht worden, met oog op een aantrekkelijke en leefbare omgeving voor mensen, dieren en planten.
Ik besluit dat ik weer genoeg heb gezien in Joure, stof tot nadenken, hoogste tijd om verder te gaan. Om toch een beetje positief te blijven, de Huismussen doen het goed in Joure. Via de Haulsterbossen en het Nannewiid fiets ik terug naar Heerenveen. Al met al was het een mooie fietstocht, een kleine reis door het verleden. Mooie rietkragen langs kanalen, sierlijke elzenbomen langs sloten, mooie landschapselementen in een mooi stukje Friesland, groepen ganzen en Grote Zilverreigers die de weilanden net wat mooier maken. De Sneeuwganzen waren natuurlijk het mooist.
14 februari 2025: Laaksum
Op vrijdag 14 februari was ik weer op pad met Folkert Jan. Het werd een tripje naar het gehucht Laaksum, vlakbij Stavoren, aan het IJsselmeer. Na waarnemingen van Witoogeend, Siberische Taling, Ringsnaveleend en als hoogtepunt Brileider, was deze winter al meer dan geslaagd wat betreft zeldzame eenden. Echter, de Kleine Topper kon natuurlijk niet uitblijven (Ja, je wilt altijd meer als vogelaar). Er verbleef al geruime tijd een Kleine Topper in Noord-Holland, maar de ontdekking van een mannetje op 9 februari te Laaksum, smaakte naar meer. Dus gaan we vol goede moed richting het zuidwestelijke puntje van Friesland. Eenmaal aangekomen op de locatie hoeven me maar even te zoeken, de Kleine Topper is snel gevonden. De vogel zit ook nog eens redelijk dichtbij. Slaapt veelal, maar is mooi te zien. De uit Noord-Amerika afkomstige eend zit tussen honderden Kuifeenden en een handvol Toppers en Brilduikers. Nog nooit zag ik deze soort zo mooi, erg blij mee!



Na deze mooie waarneming keren we huiswaarts. Onderweg stoppen we nog even te Oranjewoud. Hier gaan we bij een Bosuil op bezoek. Ook deze vogel is vrij snel gevonden. De slapende uil zit in een hartvormige holte, in 1 van de vele oude bomen. Eigenlijk niet te missen. Al vele vogelaars en natuurliefhebbers gingen ons voor. Andere leuke soorten betreffen een zingende Goudvink, IJsvogel en Appelvinken. Weer een leuke vogeldag in het Friese land.

